Biking Mishap in Amsterdam: Chaos, Apologies, and Friendship
FluentFiction - Dutch
Biking Mishap in Amsterdam: Chaos, Apologies, and Friendship
De zon schitterde prachtig boven Amsterdam.
The sun shone beautifully above Amsterdam.
Drie vrienden, Daan, Emma en Thijs, hoppelden op hun fietsen.
Three friends, Daan, Emma, and Thijs, hopped on their bikes.
Ze trokken door de bruisende grachtenstraat.
They pedaled through the bustling canal street.
Eén fiets, twee fiets, drie fiets.
One bike, two bikes, three bikes.
Ze lachten veel.
They laughed a lot.
De vrienden waren best enthousiast.
The friends were very excited.
Zo enthousiast dat ze vergaten om goed rond te kijken.
So excited that they forgot to look around carefully.
Opeens, klonk er een groot 'PLONS'.
Suddenly, there was a loud "SPLASH".
Daan was tegen een boot gebotst!
Daan had crashed into a boat!
Geen gewone boot, maar een boot vol mensen.
Not just any boat, but a boat full of people.
Veel mensen.
Many people.
Verrast keken ze op.
They looked up in surprise.
"Oei," zei Daan.
"Oops," said Daan.
Hij was geschrokken.
He was startled.
Wat een chaos werd het toen op het water.
What chaos ensued on the water.
De boot schudde heen en weer.
The boat rocked back and forth.
Mensen gilden.
People screamed.
Een man viel in het water.
A man fell into the water.
Hij kon zwemmen, gelukkig.
Luckily, he could swim.
Maar het was nog steeds een chaos.
But it was still chaotic.
Emma en Thijs keken naar Daan.
Emma and Thijs looked at Daan.
"Wat doen we nu?
"What do we do now?"
" vroegen ze.
they asked.
Daan keek rond.
Daan looked around.
Hij keek naar Emma en Thijs.
He looked at Emma and Thijs.
Hij keek naar de boze mensen op de boot.
He looked at the angry people on the boat.
Daan slikte.
Daan swallowed.
Hij had een idee.
He had an idea.
"We helpen en zeggen sorry," stelde hij voor.
"We help and say sorry," he suggested.
Emma en Thijs knikten.
Emma and Thijs nodded.
Ze pakten hun handdoeken uit hun fietsmand.
They took their towels out of their bike baskets.
Ze begonnen te helpen.
They started to help.
Ze gaven handdoeken aan natte mensen.
They handed towels to wet people.
Ze hielpen de man uit het water.
They helped the man out of the water.
Ze zeiden veel 'sorry'.
They said "sorry" a lot.
De boze mensen werden minder boos.
The angry people became less angry.
Na een tijd was de chaos minder.
After a while, the chaos subsided.
De boot was terug kalm.
The boat became calm again.
De mensen waren droog.
The people were dry.
Daan, Emma en Thijs waren blij.
Daan, Emma, and Thijs were happy.
Ze hadden geholpen.
They had helped.
Ze hadden 'sorry' gezegd.
They had said "sorry".
De mensen op de boot knikten naar hun.
The people on the boat nodded at them.
"Dank je," zeiden ze.
"Thank you," they said.
Misschien waren ze een beetje boos, maar ook een beetje blij.
Maybe they were a little angry, but also a little happy.
De zon ging langzaam onder boven Amsterdam.
The sun slowly set over Amsterdam.
De drie vrienden stapten terug op hun fietsen.
The three friends got back on their bikes.
Ze fietsten weg van de grachtenstraat.
They rode away from the canal street.
Ze hadden iets geleerd.
They had learned something.
Altijd kijken waar je fietst.
Always look where you're biking.
En als je een fout maakt?
And if you make a mistake?
Dan zeg je 'sorry' en help je.
Then you say "sorry" and help.
Wat een gekke dag was het in Amsterdam.
What a crazy day it was in Amsterdam.
Maar ook een goede dag.
But also a good day.
Een dag om nooit te vergeten.
A day to never forget.