Unpredictable Adventures: Biking in Amsterdam
FluentFiction - Dutch
Unpredictable Adventures: Biking in Amsterdam
De zon scheen helder boven Amsterdam.
The sun was shining bright over Amsterdam.
Een meisje, Sophie, zat op haar fiets.
A girl, Sophie, was sitting on her bike.
Ze keek nerveus om haar heen.
She looked nervously around her.
Dit was haar eerste keer.
This was her first time.
Overal zag ze mensen fietsen.
Everywhere she looked, she saw people biking.
Ze slikte, greep haar stuur strak vast en trapte op de pedalen.
She swallowed, tightly gripped her handlebars, and pedaled.
Langzaam begon ze te fietsen.
Slowly, she started cycling.
Heel het centrum van Amsterdam was haar speeltuin.
The entire center of Amsterdam was her playground.
Ze zag de grachten, de oude huizen en de bloemenwinkels.
She saw the canals, the old houses, and the flower shops.
Maar ze zag Bram niet.
But she didn't see Bram.
Bram stond met zijn broodje haring, genietend van de zon.
Bram was standing there with his herring sandwich, enjoying the sun.
Maar niet voor lang.
But not for long.
Sophie zag een duif op de weg en schrok.
Sophie saw a pigeon on the road and got scared.
Ze zwenkte uit en botste tegen Bram.
She swerved and collided with Bram.
En toen begon het.
And then it started.
De broodje haring vloog door de lucht.
The herring sandwich flew through the air.
Bram schrok.
Bram got startled.
Hij wankelde en knalde tegen een andere fietser.
He stumbled and crashed into another cyclist.
De haring landde op de pet van een oude man.
The herring landed on an old man's hat.
Hij schreeuwde en liet zijn fiets vallen.
He screamed and dropped his bike.
Al snel vielen er meer fietsen.
Soon, more bikes fell.
Net als dominostenen.
Just like dominoes.
Een terloopse push en daar gingen ze.
A casual push and there they went.
Allemaal op een rij.
All in a row.
En de mensen lachten.
And people laughed.
Het hele Prinsengracht lachte.
The entire Prinsengracht laughed.
Sophie voelde zich verlegen, maar ze moest ook lachen.
Sophie felt shy, but she couldn't help but laugh too.
Bram kon ook niet helpen maar grinniken.
Bram couldn't help but chuckle.
Het was zo gek, zo wild, zo Amsterdam.
It was so crazy, so wild, so Amsterdam.
Na de kettingreactie hielpen ze elkaar.
After the chain reaction, they helped each other.
Bram stond op.
Bram got up.
Hij pakte Sophie's hand.
He took Sophie's hand.
Ze zette de fietsen weer overeind.
They stood the bikes back up.
De oude man klopte de haring van zijn pet.
The old man tapped the herring off his hat.
Hij lachtte en maakte een grapje.
He laughed and made a joke.
Sophie werd rood, maar ze lachte ook.
Sophie blushed, but she laughed too.
Ze beloofde beter op te letten.
She promised to pay better attention.
Bram glimlachte terwijl hij zijn broodje haring opat, nu zonder haring.
Bram smiled as he finished eating his herring sandwich, now without the herring.
Sophie klom weer op haar fiets.
Sophie climbed back onto her bike.
Ze wuifde naar Bram.
She waved to Bram.
En toen reed ze weg.
And then she rode away.
Ze was niet langer bang.
She was no longer afraid.
Ze was een echte Amsterdamse fietser.
She was a true Amsterdam cyclist.
Aan het eind stond Bram naar Sophie te kijken terwijl ze wegfietste.
At the end, Bram watched Sophie as she rode away.
De zon ging onder.
The sun was setting.
Het was een mooie dag.
It was a beautiful day.
Een dag om fietsen om te zien vallen.
A day for bikes to fall.
Een dag om vrienden te maken.
A day to make friends.
Maar vooral, het was een dag die Sophie en Bram nooit zullen vergeten.
But above all, it was a day that Sophie and Bram will never forget.
Een dag waarop iedereen besefte dat het leven, net als fietsen in Amsterdam, soms onvoorspelbaar is, maar altijd vol plezier.
A day when everyone realized that life, like biking in Amsterdam, is sometimes unpredictable, but always full of fun.