Amsterdam's Hero: A Canal Boat Traffic Jam Adventure
FluentFiction - Dutch
Amsterdam's Hero: A Canal Boat Traffic Jam Adventure
Jan is een man.
Jan is a man.
Hij woont in Amsterdam.
He lives in Amsterdam.
Op een dag besluit Jan een rondvaart te maken.
One day Jan decides to take a canal boat tour.
Jan wil de stad zien vanaf het water.
Jan wants to see the city from the water.
Hij gaat aan boord van een mooie, glazen boot.
He boards a beautiful, glass boat.
De boot begint te varen.
The boat starts moving.
Langs de grachten, onder de bruggen.
Along the canals, under the bridges.
Jan ziet mooie huizen en kerken.
Jan sees beautiful houses and churches.
Hij ziet fietsers, toeristen en eenden.
He sees cyclists, tourists, and ducks.
Het is een mooie dag.
It's a beautiful day.
Dan stopt de boot.
Then the boat stops.
Hij kan niet verder.
It can't go any further.
Er is een grote tak in het water.
There is a large branch in the water.
De tak blokkeert de weg.
The branch blocks the way.
Er is een verkeersopstopping.
There is a traffic jam.
Een verkeersopstopping met een boot.
A traffic jam with a boat.
Dat heeft Jan nog nooit gezien.
Jan has never seen that before.
Er is een probleem.
There is a problem.
Ze kunnen niet vooruit.
They can't move forward.
Ze kunnen niet achteruit.
They can't go back.
Ze zitten vast.
They are stuck.
De mensen aan boord kijken bezorgd.
The people on board look worried.
Jan blijft kalm.
Jan remains calm.
Hij houdt zijn hoofd koel.
He keeps his cool.
Jan heeft een plan.
Jan has a plan.
Hij gaat de tak verwijderen.
He will remove the branch.
Hij trekt zijn schoenen uit.
He takes off his shoes.
Hij rolt zijn broek op.
He rolls up his pants.
Hij gaat het water in.
He goes into the water.
Het water is koud.
The water is cold.
Maar Jan is niet bang.
But Jan is not afraid.
Hij zwemt naar de tak.
He swims to the branch.
Het is een zware tak.
It's a heavy branch.
Maar Jan is sterk.
But Jan is strong.
Hij duwt de tak weg.
He pushes the branch away.
Het is niet makkelijk.
It's not easy.
Maar Jan geeft niet op.
But Jan doesn't give up.
De tak beweegt.
The branch moves.
Beetje bij beetje.
Little by little.
Dan, met een grote plons, gaat de tak weg.
Then, with a big splash, the branch is gone.
De weg is vrij.
The way is clear.
Jan zwemt terug naar de boot.
Jan swims back to the boat.
De mensen juichen.
People cheer.
Jan klimt aan boord.
Jan climbs on board.
Hij is nat en koud.
He is wet and cold.
Maar hij is blij.
But he is happy.
Hij voelt zich een held.
He feels like a hero.
De boot vaart weer.
The boat sails again.
Jan is blij.
Jan is happy.
De mensen zijn blij.
People are happy.
Ze zwaaien naar Jan.
They wave to Jan.
Ze bedanken hem.
They thank him.
Jan lacht.
Jan smiles.
Hij geniet van de rondvaart.
He enjoys the boat tour.
Ondanks het avontuur.
Despite the adventure.
Of misschien juist dankzij het avontuur.
Or maybe because of the adventure.
De dag eindigt goed.
The day ends well.
Dat was Amsterdams grootste verkeersopstopping op het water, denkt Jan.
That was Amsterdam's biggest traffic jam on the water, Jan thinks.
Jan gaat naar huis.
Jan goes home.
Hij is moe, maar tevreden.
He is tired, but satisfied.
Hij heeft de dag van zijn leven gehad.
He had the day of his life.
En hij heeft een verhaal te vertellen.
And he has a story to tell.
Over de dag dat hij een held was.
About the day he was a hero.
In zijn eigen stad.
In his own city.
In Amsterdam.
In Amsterdam.