FluentFiction - Dutch

Tulips and Friendship: A Blossoming Day in Keukenhof

FluentFiction - Dutch

16m 09sJune 11, 2024

Tulips and Friendship: A Blossoming Day in Keukenhof

1x
0:000:00
View Mode:
  • Op een zonnige lentedag gingen Sophie, Joris en Lieke naar de Keukenhof.

    On a sunny spring day, Sophie, Joris, and Lieke went to Keukenhof.

  • Het park was vol met kleurrijke tulpen.

    The park was filled with colorful tulips.

  • De lucht rook zoet en fris.

    The air smelled sweet and fresh.

  • Sophie en Joris liepen voorop, bewonderend de bloemenzee.

    Sophie and Joris walked ahead, admiring the sea of flowers.

  • Achter hen liep Lieke, glimlachend en genietend.

    Behind them walked Lieke, smiling and enjoying herself.

  • "Wat een prachtige bloemen," zei Sophie en Joris knikte.

    "What beautiful flowers," said Sophie, and Joris nodded.

  • "Ja, kijk die rode tulpen daar!

    "Yes, look at those red tulips over there!"

  • "Terwijl ze door de velden liepen, hoorde Sophie plots een kreet.

    As they walked through the fields, Sophie suddenly heard a cry.

  • Ze draaide zich om en zag Lieke op de grond zitten.

    She turned around and saw Lieke sitting on the ground.

  • Haar gezicht vertrok van pijn.

    Her face was twisted in pain.

  • "Lieke, wat is er gebeurd?

    "Lieke, what happened?"

  • " vroeg Sophie bezorgd.

    Sophie asked worriedly.

  • "Ik ben gestruikeld en heb mijn enkel verdraaid," antwoordde Lieke met tranen in haar ogen.

    "I tripped and twisted my ankle," answered Lieke, with tears in her eyes.

  • Joris knielde naast haar neer.

    Joris knelt down beside her.

  • "Kun je opstaan?

    "Can you stand up?"

  • " vroeg hij vriendelijk.

    he asked kindly.

  • Lieke probeerde het, maar haar enkel deed te veel pijn.

    Lieke tried but her ankle hurt too much.

  • "Nee, ik kan niet lopen," zei ze zwakjes.

    "No, I can't walk," she said weakly.

  • Sophie keek rond.

    Sophie looked around.

  • "Er is een EHBO-post vlakbij de ingang.

    "There's a first aid station near the entrance.

  • Joris, help me haar daarheen te dragen.

    Joris, help me carry her there."

  • "Joris pakte Lieke voorzichtig vast.

    Joris carefully took hold of Lieke.

  • "Kom op, Lieke.

    "Come on, Lieke.

  • We zijn er bijna.

    We're almost there."

  • "Samen hinkten ze langzaam richting de EHBO-post.

    Together they hobbled slowly toward the first aid station.

  • Onderweg kwamen ze langs prachtige bloemen die Lieke troostten, ondanks de pijn.

    Along the way, they passed beautiful flowers that comforted Lieke despite the pain.

  • Sophie bleef Lieke moed inspreken.

    Sophie kept encouraging Lieke.

  • Bij de EHBO-post werden ze vriendelijk ontvangen door een verpleegster.

    At the first aid station, they were kindly received by a nurse.

  • “Wat is er gebeurd?

    "What happened?"

  • ” vroeg ze.

    she asked.

  • “Lieke heeft haar enkel verdraaid,” legde Joris uit.

    "Lieke twisted her ankle," Joris explained.

  • De verpleegster onderzocht Lieke’s enkel en glimlachte geruststellend.

    The nurse examined Lieke's ankle and smiled reassuringly.

  • "Het is niet ernstig.

    "It's not serious.

  • Rust een paar dagen en je zult snel beter zijn.

    Rest for a few days, and you will be better soon."

  • " Lieke zuchtte van opluchting en glimlachte naar haar vrienden.

    Lieke sighed with relief and smiled at her friends.

  • "Dank jullie wel," zei ze zachtjes.

    "Thank you," she said softly.

  • De drie vrienden gingen daarna naar een bankje in het park.

    The three friends then went to a bench in the park.

  • Ze genoten verder van de bloemen, terwijl Lieke haar been omhoog hield.

    They continued to enjoy the flowers while Lieke kept her leg elevated.

  • Sophie en Joris vertelden verhalen en zorgden voor een vrolijke sfeer.

    Sophie and Joris told stories and kept a cheerful atmosphere.

  • Lieke voelde zich snel weer beter door de goede zorgen van haar vrienden.

    Lieke felt better quickly due to her friends' good care.

  • De dag eindigde met een zonsondergang.

    The day ended with a sunset.

  • De lucht kleurde oranje en rood, net als de tulpen.

    The sky turned orange and red, just like the tulips.

  • Ondanks het ongeluk hadden Sophie, Joris en Lieke een fijne dag gehad.

    Despite the mishap, Sophie, Joris, and Lieke had a good day.

  • Ze wisten dat hun vriendschap sterk was, zelfs als er tegenslagen waren.

    They knew their friendship was strong, even when there were setbacks.

  • En zo gingen ze, moe maar voldaan, terug naar huis.

    And so they went, tired but content, back home.

  • De geur van tulpen bleef nog lang in hun geheugen.

    The scent of tulips lingered in their memories for a long time.